Aandeelhoudersovereenkomst versus statuten

Er valt ontzettend veel te vertellen over aandeelhoudersovereenkomsten enerzijds en statuten anderzijds en daarmee ook de relatie ten opzichte van elkaar. Heel algemeen geldt onder meer dat statuten in beginsel zijn geschreven voor alle aandeelhouders, dus ook voor eventuele toekomstige. Bij een bestaande aandeelhoudersovereenkomst zal een nieuwe aandeelhouder (moeten) toetreden tot deze overeenkomst, anders is die daar niet aan gebonden. In deze column een aantal algemene opmerkingen over de relatie tussen statuten en aandeelhoudersovereenkomsten. Let op, de opmerkingen zijn in dit geval héél algemeen, omdat de inhoud van statuten en aandeelhoudersovereenkomsten zeer divers (kunnen) zijn.
In een aandeelhoudersovereenkomst kunnen nadere afspraken tussen de aandeelhouders worden vastgelegd. Anders dan statuten worden deze afspraken niet gepubliceerd in het handelsregister. Dat wordt over het algemeen gezien als een voordeel, maar er zijn ook argumenten om het als nadeel te bestempelen.
In het algemeen wordt in de overeenkomst opgenomen dat indien er strijd is tussen de statuten enerzijds en de aandeelhoudersovereenkomst anderzijds, de laatste doorslaggevend is. Dat kan anders zijn indien een onderwerp is voorbehouden aan een statutaire regeling, maar op zich is er behoorlijk wat vrijheid.
In de statuten van een BV wordt doorgaans een blokkering opgenomen om de kring van aandeelhouders gesloten te houden. Deze blokkering is statutair vaak beperkt, vandaar dat een aandeelhoudersovereenkomst wordt gebruikt om deze bescherming van 'de andere aandeelhouders' uit te breiden. Aanvullend kan in de overeenkomst worden bepaald dat indien aandeelhouders recht hebben op overname van aandelen er ook een recht op (af)betaling is. Op deze wijze kan bij malheur, scheve schaats ed. van een aandeelhouder de overname van diens aandelen ook daadwerkelijk uitvoering hebben. Er is tenslotte een groot verschil tussen het recht hebben en daar gebruik van kunnen maken.
Belangrijk voordeel van een statutaire regeling is dat er sancties kunnen worden opgenomen indien een aandeelhouder niet aan zijn statutaire verplichtingen voldoet. Denk daarbij bijvoorbeeld aan verlies van vergader- en stemrecht en eventueel dividend. In een aandeelhoudersovereenkomst kunnen slechts beperkte sancties worden opgenomen. Doorgaans zijn dat met name boeteclausules, al dan niet gekoppeld aan aanbiedingsverplichtingen. Mochten de aandeelhouders een beetje greep willen houden op de directie, dan kan in de statuten van de BV een voorziening worden opgenomen dat voor bepaalde directiebesluiten voorafgaande goedkeuring nodig is van de aandeelhouders. Ook al heeft deze statutaire regeling slechts interne werking, een aandeelhoudersovereenkomst kan daarvoor in ieder geval niet gebruikt worden. Het is tenslotte een regeling tussen de aandeelhouders onderling.
Een samenwerking tussen aandeelhouders kan eigenlijk niet zonder aandeelhoudersovereenkomst, althans het samen 'bomen' over eventuele onderwerpen om nader vast te leggen. Noem het maar een gezamenlijke 'voeten-op-tafelsessie' om te beginnen met eventuele onderwerpen en situaties van strijd en de oplossing daarvoor.