Afbeelding
Foto:

Hete soep!

Directeur-grootaandeelhouders (hierna ook: DGA's) die bovenmatig geld lenen bij hun eigen vennootschap moeten vanaf 2022 belasting betalen. Zo luidt het wetsvoorstel Wet excessief lenen. De contouren zijn bekend.

Inkomsten op aandelen van de eigen vennootschap worden belast in box 2. Het geldende tarief is 25%, met een verwachte stijging naar 26,25% in 2020 en 26,9% in 2021. Lenen van de eigen vennootschap kan doorgaans als er voldoende liquide middelen zijn. Door geld te lenen in plaats van dividend uit te keren, wordt de heffing uitgesteld.

In de praktijk wordt de belastingheffing door het lenen echter soms ook afgesteld. Denk aan faillissement van de B.V., of tegenvallende resultaten waardoor de DGA de schulden niet meer kan terugbetalen. Afstel van box 2-heffing is het ministerie van Financiën een doorn in het oog. In theorie heeft de belastingdienst nog wel de mogelijkheid om bij oplopende schulden te verklaren dat er dividend is genoten, maar dit traject vereist een aanzienlijke inspanning van het ambtelijk apparaat. Dat is een probleem. Een aanpassing van de fiscale wet maakt het eenvoudiger om belastingafstel te voorkomen.

Kort gezegd zijn met ingang van 2022 alle schulden van de DGA aan de eigen vennootschap boven een bedrag van € 500.000 excessief. Niet alleen consumptieve leningen worden geraakt, ook leningen die de DGA is overeengekomen voor het beleggen van bijvoorbeeld eigen onroerend goed zijn mogelijk excessief. Een uitzondering op deze regel betreft de schuld die de DGA is aangegaan voor de eigen woning.

Het bovenmatige deel van het geleende geld wordt als fictief inkomen belast in box 2. Let op: de schuld blijft civiel juridisch, maar ook fiscaal juridisch voor het nominale bedrag staan. Alleen het opgeofferde bedrag van de aandelen in de vennootschap wordt verhoogd. Daar heeft de DGA alleen wat aan bij liquidatie van de B.V. Het lenen wordt ontmoedigd en heeft gevolgen voor de financiële planning. Planning die vroeger voor een lange termijn is opgesteld en uitgevoerd!

Momenteel is er geen zicht op overgangsrecht, maar het wetsvoorstel is nog niet definitief en er is veel kritiek. Bijvoorbeeld in de situatie dat er geld is geleend met als onderpand het belegde onroerend goed van de DGA. In dat geval is er in zekere zin sprake van een economische garantie voor toekomstige belastingheffing. Hier wordt systematisch aan voorbijgegaan. Is de wetgeving dan nog proportioneel? Wij houden in de gaten of de soep uiteindelijk zo heet wordt gegeten. Wordt dus smakelijk vervolgd!