Specialist brandbestrijding legt loodje door brand
Waar nu de Wintertuin zit, zat decennialang Rijtuigenfabriek en wagenmakerij J. Geesink. De omzet liep al niet meer zo goed en toen in 1968 de grote brand in Weesp het bedrijfspand plat legde, was dat voor wat betreft Weesp het einde. En dat was een wrede speling van het lot, want Geesink legde zich uitgerekend toe op brandbestrijding.
Grondlegger van de 'Rijtuigenfabriek en wagenmakerij J. Geesink' was in 1875 Jacobus Geesink jr. Hoewel de vader van Jacobus Geesink jr. een eigen wagenmakerij had in Zwolle, volgde hij zijn vader niet op in de zaak. Hij was eerder, na een kennismaking met een jonge dame die later zijn vrouw zou worden, vertrokken naar Weesp waar hij werk vond als meesterknecht bij de 'Nederlandsche Stoom- Wielen- Wagen en Rijtuig-fabriek'.
Uitbreiden
In 1875 kocht zijn schoonvader voor Jacobus Geesink jr. (Koos) een pand waarin hij een eigen bedrijf kon beginnen. Deze stap was behoorlijk succesvol, en door vele opdrachten kon hij al snel uitbreiden. Naast zijn eigen zaak stak J. Geesink ook veel energie in alle aspecten van het brand bestrijden in de stad Weesp, waarbij hij tot generale brandmeester werd benoemd. De productie van overwegend houten rijtuigen werd steeds minder door de opkomende motorisatie en de parallel daaraan lopende metalen mechanisatie, en langzaam werd de aanwezige vakmanschap en kennis steeds meer ten behoeve van vervaardiging van brandweermaterieel omgebogen.
Toonaangevende naam
Als J. Geesink in 1919 overlijdt, heeft het bedrijf op het gebied van brandweermaterieel tot zelfs buiten de grenzen een toonaangevende naam. Zijn twee zoons zetten het bedrijf voort en beginnen zich ook voor reinigingsmaterieel te interesseren. Tevens weet men zich het importeurschap van Magirus vrachtwagens naar zich toe te trekken. De bestellingen waren voornamelijk kale chassis, waarbij allerlei opbouwen naar keus en speciale wensen door Geesink werd verzorgd.
Wereldcrisis
De tol van vele groeistuipen midden jaren twintig komt behoorlijk hard aan als de wereldcrisis uitbreekt. Tijdens een vergadering van aandeelhouders in 1931 wordt het vertrouwen voor een nieuwe leiding van het bedrijf uitgesproken in de persoon van Meindert Geesink. Meindert is de broer van oprichter Jacobus Geesink jr., en al tientallen jaren op de achtergrond werkzaam binnen het bedrijf. Hij wil de groei van het bedrijf matigen en weer terugbrengen naar de specialisatie van alleen brand- en vuilbestrijding. Deze aanpak werpt snel zijn vruchten af en al snel is het opnieuw een modern en toonaangevend bedrijf, op beide onderdelen.
Gloed boven Weesp
In 1949 overlijdt Meindert Geesink. Hij wordt opgevolgd door zijn zoon alsmede zwager. In de jaren zestig neemt de concurrentie op het gebied van brandbestrijding vanuit zowel binnen- als buitenland aardig toe. Ironisch genoeg komt op 3 april 1968 een eind aan de brandbestrijdingsactiviteiten als men van verre een oranje gloed boven Weesp kan waarnemen, omdat de gehele fabriek in vlammen opgaat. Deze tegenslag en de tijd die nodig is voor de wederopbouw zet het bedrijf op een dermate achterstand en dus een nog slechtere concurrentiepositie, dat het besluit valt dat men zich nog alleen gaat richten op rollend reinigingsmaterieel. Tot op heden houdt het bedrijf zich nog steeds bezig met afvaltransport onder de naam Geesinknorba.
Bron: Conam.info. Conam is een club van vrijwilligers die graag helpen om vragen van particulieren op het gebied van onder andere geschiedschrijving op te lossen.
