Aanbieden van aandelen BV

Een BV heet officieel een ‘besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid’. Het besloten karakter van een BV zit in de gesloten kring van aandeelhouders. Stel, je richt samen met Bep en Arie een BV op. Je doet dat dan samen omdat de samenwerking met Bep en Arie van belang is. Samen ben je sterker dan alleen, maar het gaat alleen om Bep en Arie. De partner, kinderen en buurmannen van Bep en Arie zijn ook vast heel vriendelijk, maar dat zijn niet jouw zakenpartners. Vandaar dat in de statuten van een BV doorgaans een blokkeringsregeling voorkomt, zodanig dat indien Arie (maar ook Bep en trouwens ook jijzelf) geen aandeelhouder meer zijn of de aandelen willen verkopen, ze die eerst aan de medeaandeelhouders moeten aanbieden. Zo blijft de kring van aandeelhouders gesloten.
In de statuten van een BV of in een aparte aandeelhoudersovereenkomst is doorgaans ook die aanbiedingsverplichting opgenomen ingeval Bep, Arie en jijzelf via een holding deelnemen in de BV. Kort gezegd wordt dan vastgelegd dat indien betreffende persoon géén volledige eigen zeggenschap meer heeft in zijn/haar eigen holding, de holding de aandelen in de werk-BV moet aanbieden aan de andere aandeelhouders. Allemaal volstrekt logisch en gebruikelijk.
Maar let op, het kan, als je niet oplettend bent, ook onverwachte gevolgen hebben. Recent is er een uitspraak gedaan betreffende een BV met twee aandeelhouders. Beide aandeelhouders waren een persoonlijke holding. In het kader van estateplanning leek het een van de aandeelhouders wel een goed idee om de aandelen in holding te certificeren en dus over te dragen aan een STAK (een stichting). In plaats van de aandelen krijg je dan certificaten en via het bestuur van de STAK houd je zeggenschap in de holding en daarmee in de werk-BV. De certificaten zouden dan langzamerhand druppelsgewijs naar de kinderen geschoven kunnen worden.
Aandeelhouder 1 (we noemen hem in dit geval Arie) had dat gedaan en had zichzelf én zijn echtgenote benoemd als bestuurders van de STAK. Verder gebeurde er in feite niets. Maar de medeaandeelhouder (we noemen hem Theo) zag zijn kans schoon en gelaste Arie zijn aandelen in de werk-BV aan te bieden. Arie viel bijna van zijn stoel. Er was toch niets gebeurd verder. Zeker wel, poneerde Theo, doordat de echtgenoot van Arie nu medebestuurder was van de STAK én daarmee zeggenschap had gekregen in de holding van Arie én daarmee in de werk-BV, moesten de aandelen in de werk-BV worden aangeboden aan de holding van Theo. Afspraak is tenslotte afspraak, hoewel wellicht niet zo bedoeld in dit geval.
Arie kon er niets tegen inbrengen en ook het terugdraaien van een en ander was blijkbaar in dit geval geen mogelijkheid. Omdat Arie geen volledige zeggenschap meer had in de holding én zijn echtgenote medebestuurder was geworden van de STAK, was er sprake van wijziging van de zeggenschap bij Arie, althans bij zijn holding, zodat de aandelen moesten worden aangeboden. Doe je dat niet, dan ben je in verzuim en kunnen er allerlei sanctiemechanismen in werking treden.

Kortom, kijk bij elke ‘change of control’ of dat wellicht invloed heeft op afspraken die zijn gemaakt in een deelneming.