Digitaal voortleven

Weinig zaken in het leven zijn zeker, met uitzondering van het overlijden. Voor velen een onprettig onderwerp en nog vervelender om erover na te denken. Overtreffende trap van vervelend is dat je ‘gedwongen’ wordt om ook nog actie te ondernemen. Kortom, uitstelgedrag is meer dan begrijpelijk, maar zelden aan te raden. Tenslotte leg je zaken vast zodat je nabestaanden daarvan ‘profijt’ ondervinden omdat je wensen duidelijk zijn verwoord. In sommige gevallen móet je zelfs iets in een testament vastleggen om daarmee je partner en/of je kinderen te beschermen.
Het klinkt wat vreemd, maar volgens de wet zetten de erfgenamen de ‘persoon’ van de overledene voort. Uiteraard niet de persoon zelf, maar wel in beginsel alle rechten en verplichtingen die verbonden waren aan betreffende persoon. Dat je als erfgenaam een keuze hebt van aanvaarden, beneficiair aanvaarden of verwerpen, gaat daaraan vooraf, maar valt buiten het bestek van deze column.
De overgang van rechten en verplichtingen vindt van rechtswege plaats. We noemen dat overgang onder algemene titel. Dat moet scherp onderscheiden worden van ‘overdracht’. Bij overdracht moet nog daadwerkelijk een handeling van levering plaatsvinden. Bij de fietsenwinkel krijg je, na betaling, de fiets in handen, bij een huis dient er een notariële akte getekend te worden, gevolgd door inschrijving in het kadaster. Elk ‘goed’ (enkelvoud van goederen), kent een eigen wettelijke manier van levering. Bij verkrijging op grond van het erfrecht is die leveringshandeling strikt genomen niet nodig.
Hoewel, nogmaals, een op grond van de wet of een testament aangewezen erfgenaam nog een keuze heeft, is de overgang van goederen krachtens erfrecht dus in beginsel eenvoudig. Maar zoals altijd is er meer, in deze digitale tijd zelfs veel meer. Want hoe zit het eigenlijk met het recht op de digitale accounts van de overledene? Daarbij is veel nog onduidelijk en dan moet niet zelden de rechter uitspraak doen. Er zijn providers/softwareleveranciers die na overlijden zeker niet zomaar de ‘accounts’ prijsgeven. Verder zal veel ook afhangen van wat in de gesloten overeenkomst en eventueel de algemene voorwaarden is vastgelegd.
Indien er niets is vastgelegd dan kan er een geschil ontstaan onder meer over de vraag of een account eigenlijk wel een ‘goed' is in de zin van de wet. In beginsel is dat het niet. Aan de andere kant zou je kunnen stellen dat - tenzij in de overeenkomst is bepaald dat die eindigt bij overlijden - alle overeenkomsten van de overledene overgaan op de erfgenamen. Zo besliste ook recent een kantonrechter.
Daar was nog niet alles mee gezegd, want betreffende erfgenamen eisten ook de inlogcodes nadat betreffende provider dat had geweigerd met een beroep op bescherming van de privacy. Dat was uiteraard een juist punt, maar ook in dit geval was het belang van de erfgenamen groter dan bescherming van de privacy. De rechter kon daar mede toe besluiten, omdat er geen wettelijke sluitende regeling in dit verband is.