Afbeelding
Foto: Trekwerk

Altijd out of the box

Economisch slechte tijden? Daar doet Trekwerk niet aan. Zo besloot Reind Brackman jaren geleden. In 2008 nam het bedrijf staalfabrikant Stakebrand in Heeze over en beheerst nu de hele range van ontwerp en constructie tot productie en uitvoering. Met deze samenvoeging verdubbelde Trekwerk van 30 naar 60 medewerkers en is inmiddels uitgegroeid tot een team van 140 mensen. Trekwerk is het enige Nederlandse bedrijf in zijn soort, alle disciplines van ontwerp, IT-specialisten, productie, projectbegeleiders en uitvoerders zijn vertegenwoordigd. Juist in lastige tijden word je uitgedaagd om creatief te zijn en andere markten te ontdekken, vindt de ondernemer pur sang. Dus toen het bedrijf in navolging van de verscherpte arbowetgeving sinds de eind negentiger jaren in Nederland ruim 80 theaters had omgebouwd met volledig geautomatiseerde toneelinstallaties en computergestuurde trekkenwanden, stortte het zich op de internationale markt. Brackman: "Met deze operatie hebben we een expertise opgebouwd die ons internationaal goed van pas komt. Ons besturingssysteem heeft de markt veranderd."

Ons systeem heeft de markt veranderd, dat klinkt als erg proactief?
"Klopt. We proberen de ontwikkelingen net altijd een stapje voor te zijn. Toen er vanuit arbo-overwegingen aanpassingen gemaakt moesten worden op de handmatig bediende trekkenwanden waarmee je decors verandert, hebben wij een automatisch besturingssysteem ontwikkeld. Een uniek product dat er nog niet was. Stel het je voor als een 80-armige robot waarbij elke motor zo krachtig is als een motor voor een 14-persoonslift. Dat geheel moet bestuurd worden door technici die moeten kunnen inspelen op de theatervoorstelling. Dat is niet alleen qua machinebouw, maar ook qua besturingstechniek een enorme uitdaging. Met dit concept kunnen theatermakers alle effecten realiseren die hun theaterproductie versterkt. Golfbewegingen of andere spectaculaire bewegingen waren voorheen niet mogelijk."

En het voldoet aan de hoogste veiligheidseisen, neem ik aan?
"Dat is ook de uitdaging. De gewichten die aan de lieren en katrollen hangen zijn enorm. Boven zijn hoofd ziet een artiest die enorme installatie bewegen. Daar mag geen fout mee gemaakt worden. Een motor - en dan hebben we er 80 - weegt al 700 kilo en als ook maar een onderdeel hapert, stagneert de hele voorstelling. Vanuit Trekwerk houdt een team - 'cuesupport' - al die onderdelen in de gaten. Dat kunnen op een avond 140 voorstellingen wereldwijd zijn en mocht er een storing zijn, dan ontdekken wij dit dankzij een uitgelezen IT-systeem vaak nog eerder dan het theater zelf en kunnen we het op afstand oplossen. Maar om dit te relativeren, ons team hoeft slechts gemiddeld een maal per week in actie te komen, de veiligheid is vooraf aan alle kanten beproefd. En alle systemen zijn door het Liftinstituut gecertificeerd."

Wat maakt het concept van Trekwerk zo sterk?
"Hoewel de producten hoog industrieel zijn, ontwerpen we vanuit de gedachte dat we instrumentmakers zijn. Met onze apparaten gaan anderen de godganse dag aan het werk. Met wat wij maken moet iemand met plezier werken. Het wordt dus uitgedacht vanuit de gebruiker, maar wel met gegarandeerde veiligheid. Wij bouwen de installatie in nieuwe theaters of bij renovaties en omdat dat in Nederland verzadigd lijkt, opereren we nu op de internationale markt. Prachtige projecten staan er op onze naam: in Londen het National Theatre en The Barbecan, de Royal Shakespeare Company in Stratford, verder opereren we in Polen, Noorwegen en Zweden en onlangs hebben we in Berlijn het 'Haus der Berliner Festspiele' afgerond. Ook in Azië en Amerika timmeren we aan de weg."

Hoe zou je de internationale markt willen vergelijken met de Nederlandse?
"In Nederland hebben we natuurlijk ook prachtige theaters, maar als je het culturele leven hier vergelijkt met dat in andere landen in een vergelijkbare economische situatie, dan is het in Nederland triest gesteld. Alleen al in Wenen geven ze twee maal zoveel uit aan cultuur als heel Nederland in een jaar. Muziek, algemene kunsten en theater, het zit in een verdomhoekje. En omdat kunstenaars over het algemeen solisten zijn, zullen ze zich niet snel verenigen en van zich laten horen. En verandert er dus niets. Als het om cultuur gaat hanteren we in Nederland het commerciële model. Dat model past als je kunst als handelswaar ziet, maar niet als je het effect van kunst op het welbevinden onderkent. Dan is het minder relevant of de zaal vol zit, maar des te meer of de gemeenschap groeit in haar geestelijke en intellectuele rijkdom."

Hoe beweegt Weesp zich op het vlak van creatieve kunst?
"Als je doelt op Het Domijn is dat natuurlijk een prachtig voorbeeld van een creatieve broedplaats. Het Domijn inspireert ons zeker en als er een open dag is geweest word ik blij van de creativiteit die ik daar zie. Inhoudelijk is er echter met Het Domijn weinig uitwisseling. Trekwerk is toch meer gericht op de bouw van theaters en operahuizen. Ik kan me voorstellen dat we als Trekwerk ons in de toekomst ook gaan begeven op het productionele vlak. Complexe decorstukken voor musicals en opera bijvoorbeeld. Dan zul je bij ons ook weer wat meer vormgevingsactiviteiten zien. Nu zijn we daar nog niet op ingericht."

Maar dat zou dus zomaar kunnen?
"We springen vaak in op wat er op ons pad komt. Zo bouwen we nu zelfs een heel theater in Boekarest. Hebben we nog nooit eerder gedaan. De vraag was om een toneelinstallatie te ontwerpen en in te bouwen, maar toen stelden ze deze vraag. Het is een mooi project waarin we samenwerken met architecten en bouwkundig engineers. Via een webcam volgen we de dagelijkse voortgang en onze projectleider reist er met grote regelmaat heen. Zomaar ergens op inspringen en nieuwe paden bewandelen vind ik inspirerend."

Zoals een hangzweefbrug in Nigtevecht?
"Ja, dat bedenk ik dan. Betrekkelijk simpel kun je met een soort kabelbaan fietsers en voetgangers over het Amsterdam-Rijnkanaal brengen. Geen landschapsvervuiling of lange aanloop nodig, maar een simpele, doeltreffende constructie voor slechts een derde van de kosten voor een brug. Onbegrijpelijk dat overheden dan toch kiezen voor de dure en minder doeltreffende oplossing. Internationaal is er al wel belangstelling voor het concept, daar is de hangzweefbrug al omgedoopt tot de 'Brackmanbridge'.

Heeft u ook goede ideeën voor de bedrijventerreinen in Weesp?
"Toen Trekwerk nog op de Nijverheidslaan gevestigd was, was alleen de gedachte om in Noord terecht te komen al voldoende voor een slapeloze nacht, zo deprimerend en naar vond ik dit terrein. Na de brand in 2009 hadden we geen keus en waren we dolblij dat makelaar Van Lonkhuijzen zo snel een onderkomen voor ons vond. Ik moet zeggen: de praktijk valt mee. De gemeente is goed bezig met het aanpakken van de bestrating, maar ik mis het groen. Een prettige uitstraling is niet alleen representatief voor bezoekers, maar vooral goed voor het welbevinden van werknemers. Negatieve effecten van een deprimerende omgeving worden onderschat. Niet voor niets hebben ook theaters tegenwoordig allemaal ramen in de nok zodat er bij daglicht gewerkt kan worden.De werkomstandigheden voor theatermensen zijn hierdoor zeker verbeterd."

Meer groen dus en meer leven?
"Ik vind dat wonen en werken weer geïntegreerd moeten worden. Laat mensen boven hun bedrijf wonen, verbouw leegstaande panden tot woningen: polarisering van wonen en werken is echt achterhaald. Dat is een industriële gedachte die niet meer past bij de aard van de bedrijvigheden hier op het terrein. Groen, wonen, werken en voor mijn part winkels, brengen leven in de buurt met alle positieve effecten op welbevinden van dien."

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding