Uw oproepkracht heeft al snel meer rechten dan u denkt
Oproepovereenkomsten zijn flexibele arbeidsovereenkomsten. Er kleven echter wel risico's aan het gebruik van oproepovereenkomsten. Hieronder de grootste valkuilen van oproepovereenkomsten.
Oproepovereenkomst wordt arbeidsovereenkomst met vast aantal uren
Wanneer uw oproepkracht iedere week/maand (gemiddeld) hetzelfde aantal uren werkt, is het karakter van de oproepovereenkomst achterhaald en ontstaat een arbeidsovereenkomst voor een vast aantal uren per week/maand. In de wet is bepaald dat wanneer een oproepkracht ten minste drie maanden heeft gewerkt een vermoeden van de arbeidsomvang ontstaat. De omvang van de arbeidsovereenkomst in uren is dan gelijk aan het gemiddelde aantal gewerkte uren in de achterliggende drie maanden. Uw oproepkracht kan dan, op basis van dit gemiddelde aantal uren, loon vorderen.
Als werkgever mag u wel tegenbewijs leveren van dit vermoeden. Bijvoorbeeld door aan te tonen dat de omvang anders is of dat de uren niet structureel worden gewerkt en het oproepkarakter dus wel degelijk aanwezig is.
Geen arbeid, wel loon
Een andere in de praktijk veel gebruikte manier om te voorkomen dat u een oproepkracht moet betalen terwijl niet is gewerkt, is het uitsluiten van de loonbetaling in de oproepovereenkomst. Volgens de wet kunt u namelijk met uw oproepkracht schriftelijk overeenkomen dat tijdens de eerste zes maanden van de oproepovereenkomst geen loon wordt betaald als er geen werk aanwezig is. Helemaal juridisch waterdicht is dit echter niet.
Na afloop van deze eerste zes maandenheeft uw oproepkracht recht op loondoorbetaling op basis van het gemiddeld aantal gewerkte uren, ook als er geen werk is. Indien u de loondoorbetaling wenst te stoppen vanwege het ontbreken van werk, zult u de arbeidsovereenkomst moeten beëindigen.
Gegarandeerd drie uur salaris
Een laatste aandachtspunt bij oproepovereenkomsten is het wettelijk voorschrift dat oproepkrachten recht hebben op minimaal drie uur salarisbetaling per oproep als:
- de arbeidsduur en de tijdstippen waarop gewerkt moet worden niet of onduidelijk zijn overeengekomen, of
- een arbeidsduur van minder dan 15 uur per week is overeengekomen en de tijdstippen waarop gewerkt moet worden niet van tevoren zijn vastgesteld.
Ook als oproepkrachten meerdere malen per dag worden opgeroepen om steeds voor minder dan drie uur werk te verrichten, moet voor iedere oproep drie uur salaris worden uitbetaald. De Hoge Raad heeft onlangs bepaald dat dit zelfs geldt wanneer de periodes van drie uur elkaar overlappen en de oproepkracht daardoor 'dubbel' uitbetaald krijgt.