door Petra Berghuis (JAN Accountants)


Uit elkaar: wat gebeurt er met de eigen woning?

In de huidige woningmarkt is het lastig om als alleenverdiener een eigen woning te kopen. Gevolg is dat stellen gedwongen worden om een eigen woning op beide inkomens te kopen. Geen enkel probleem zolang de relatie goed is, maar wat gebeurt er als de relatie eindigt? Banken zijn veelal niet bereid om één van beide schuldenaren te ontslaan als schuldenaar van de lening. En wat gebeurt er dan fiscaal? Wie betaalt de rente en wie mag de renteaftrek claimen?

In de praktijk wordt veelal voorbijgegaan aan de wettelijke regels die gelden voor de toepassing van de eigenwoningregeling. Het is niet ongebruikelijk dat partners praktische afspraken maken. Zeker als de bank in kwestie niet wil meewerken aan een juridische oplossing. De praktische oplossing die veelal wordt gekozen is dat de partner die achterblijft in de woning de rente op de eigenwoninglening volledig zal betalen, ook al is zij volgens de geldleningsovereenkomst slechts verplicht om 50% van de rente te betalen. Vervolgens worden de eigen woning en de eigenwoninglening volledig bij de achterblijvende partner in de aangifte inkomstenbelasting opgenomen, en neemt daarmee dus het aandeel in de woning en lening, wat formeel nog steeds op naam staat van de vertrokken partner, mee in haar eigen aangifte. Op zich begrijpelijk, maar de fiscale regels zijn anders.

Zolang de woning en lening formeel op beide namen staan, stelt de Belastingdienst dat ieder van de partners de verplichting heeft om 50% van de verschuldigde rente te betalen. Gevolg is dat de partner die achterblijft in de woning niet meer dan 50% van de totaal op de lening betaalde rente in mindering kan brengen op haar inkomen. En omdat ze niet het volledige eigendom van de woning bezit, kan de woning ook niet voor 100% worden opgenomen in haar aangifte.
Het resterende deel van de woning en eigenwoningschuld moet in de aangifte van de vertrokken partner worden opgenomen. De eerste twee jaar na het verlaten van de woning kan dit in box 1. Na deze tweejaarsperiode gaat het aandeel in de woning en eigenwoninglening tot het box 3-vermogen van de vertrokken partner horen.

Op dit moment zijn de alimentatie en de woning na beëindiging van de samenleving aandachtspunt van de Belastingdienst. Reden om de zaken op het moment van beëindiging van de samenleving goed te regelen. Voorkom dat er een renteaftrek verloren gaat, want er zijn oplossingen.