Afbeelding

Verplichte pensioenregeling, maal twee

Er zijn in Nederland zo'n 65 verplicht gestelde bedrijfstakpensioenfondsen (Bpf). In een zogenaamde verplichtstellingsbeschikking is opgenomen wanneer een werkgever onder de reikwijdte van een pensioenfonds valt. Er staat (in grote lijnen) in welke werkzaamheden in overwegende mate bij de werkgever uitgevoerd moeten worden en vaak ook hoe het begrip 'in overwegende mate' ingevuld moet worden. Hierbij wordt bijvoorbeeld gekeken naar omzet, arbeidsuren of arbeidsloon. Niet alle werkgevers zijn op de hoogte van deze verplichting en dat leidt in de praktijk tot vervelende situaties.

Het gebeurt steeds vaker dat werkgevers door pensioenfondsen worden verrast met een verplichte aansluiting en bijbehorende premienota's, al dan niet met terugwerkende kracht. De termijn van de terugwerkende kracht bedraagt minimaal 5 jaar, maar kan oplopen tot 20 jaar. Zeker wanneer het pensioenfonds bij u op de stoep staat omdat u zich niet heeft aangemeld, zal het pensioenfonds zich strikt opstellen. Dit probleem vloeit voort uit de verplichting van een pensioenfonds om uw werknemers van pensioen te voorzien, ook al heeft u geen of te weinig premies aan dat fonds afgedragen. Vervolgens kunt u als bestuurder hoofdelijk aansprakelijk worden gesteld voor de premieachterstand.

In veel gevallen kan vrij gemakkelijk worden vastgesteld of een werkgever onder een verplicht gesteld bedrijfstakpensioenfonds valt. In sommige gevallen kan het echter ook zijn dat de werkzaamheden onder meerdere definities vallen. Zo was er een spuiterij van meubelpanelen. De activiteiten van deze werkgever vielen onder de verplichtstelling van twee pensioenfondsen en het gevolg was dat beide pensioenfondsen de werkgever als premieplichtig aanmerkte en nota's, aanmaningen en dwangbevelen stuurden. De werkgever voelde zich het meest betrokken bij de meubelindustrie en heeft ervoor gekozen alleen premies aan het Bpf Meubels te betalen. Daar heeft het Bpf Schilders zich niet bij neergelegd en is een rechtszaak begonnen. Op basis van de concrete bedrijfsactiviteiten concludeerde de rechter dat de onderneming onder de verplichtstelling van het Bpf Schilders viel en dat de werkgever aan dat fonds premies moest betalen. Een lichtpunt in deze uitspraak is dat de rechter van mening was dat er niet met terugwerkende kracht premies verschuldigd waren, omdat het betalen van dubbele pensioenpremies in strijd is met de wet.

Gezien de steeds verder oplopende aandacht rond pensioen, pensioenfondsen, premiebetaling met terugwerkende kracht en de rechten die een werknemer aan een verplichtstellingsbeschikking kan ontlenen, verwachten wij meer soortgelijke rechtszaken. Zorg dat u geen hoofdrolspeler in een dergelijke rechtszaak wordt en laat een gedegen onderzoek doen naar de mogelijke verplichtstelling van een bedrijfstakpensioenfonds.